Aukje Trotsenburg is leerkracht van groep 1/2 op basisschool De Avonturijn in Amsterdam. Zij doet verslag van het thema ‘Bakkerswinkel (met een twist)’. Dit is haar vierde bericht over dit thema. Mia Versteegen werkt als nascholer bij OnderwijsAdvies. Mia reageert op de beschrijvingen van Aukje.
Nieuwe combimagnetron
Toen mijn combimagnetron bezorgd werd, had ik bijna meer belangstelling voor de doos waarin hij verpakt was, dan voor het apparaat zelf. Ik hoopte er een “oventje” van te kunnen bouwen met de kinderen.
“Hoe wil je die baal karton vervoeren?’, vroeg mijn man. “Met de fiets? Dan kun je je stuur niet recht houden, dat lijkt me gevaarlijk.” “Ik dacht eigenlijk nu even meteen samen met de auto. En dat we hem dan tussen de spijlen van het hek van de fietsenstalling doorduwen”, antwoordde ik. Zuchtend stelde hij het bakken van aardappeltjes op de crispplaat uit en stemde in.
De maandag daarop, had ik hulp van een onderwijsassistent in de groep. Die doos leek in de verste verte niet op een oven, dus ik besloot zijn hulp in te roepen om er een etalage van te maken. Samen met vier kinderen schilderde hij planken op de plat gevouwen doos en op die planken bakkerswaren. Sultana’s, ontbijtkoeken, brood, koekjes, wafels, de hele santenkraam. ’s Avonds schreef ik de opschriften op de computer. Zelf plakte ik ze bij de desbetreffende artikelen. (Had niet gehoeven, daar had ik een leeslesje uit kunnen halen, maar ik had zin in opschieten).
Een les die hier wel uit voortkwam ging als volgt. Wij zongen het van het internet geplukte liedje Bakker, bakker wat doe je vandaag, koekjes bakken, dat doe ik zo graag. Steeds mocht een kind naar voren komen dat een woord op “de etalage” mocht aanwijzen. Zijn of haar woord. Eerst vroeg ik om letters. “Wie ziet er een letter die hij kent?” Als we lekker veel letters hadden, probeerden we het woord samen te spellen. Daarna zongen we het lied met het gespelde woord op de plaats van de koekjes. Ook klapten we de woorden aan stukjes. Sul-ta-na’s. Wa-fels.
“Zeg Auk,” vroeg de adjunct na schooltijd. “Er staat nogal veel karton op de gang, heb je dat nog nodig? Zal ik het even in een kast zetten?” Vervolgopdracht na mijn vakantie zal zijn dat de bakkers van dienst aan de klanten vertellen en aanwijzen wat ze in de aanbieding hebben. Papieren tasjes die ooit soep uit de soepwinkel verpakten, zullen bedrukt worden met de erin verkochte waar. We kunnen nog wel even vooruit. En niet vergeten dat dat karton in de kast staat.
Ha, het begin van de winkel komt in zicht, leuk! De kinderen kunnen zelf ook de woorden nog nastempelen die bij de artikelen hangen in bv de lees-schrijfhoek. En je kan de tekst van het liedje opschrijven op een flap ( werktekst)en dan met de kinderen ook bv dezelfde letters zoeken, de woordjes en de letters die ze herkennen en zoveel meer. Goed idee met de papieren zakjes, dat geeft ook heel veel mogelijkheden. Allemaal functionele betekenisvolle knutselactiviteiten. Nog een idee is reclamefolders en aanplakbiljetten maken.
